Evalueren en rapporteren
Waarom evalueren en rapporteren?
Evaluatie is een wezenlijke component van kwaliteitsvol pedagogisch-didactisch handelen. Indien wij de zorg voor alle kinderen, in het bijzonder de leer- en ontwikkelingsbedreigde kinderen, in de schoolwerking willen integreren, kunnen we niet zonder een evaluatie.
Tussentijds evalueren en rapporteren achten wij nodig om:
- de leerlingen individueel te helpen en te stimuleren,
- de leerlingen en de ouders te informeren over de vorderingen,
- het pedagogisch-didactisch handelen te kunnen bijsturen waar nodig,
- de zorgverbreding te optimaliseren: zowel naar de individuele leerling als naar de gehele klasgroep,
- de planning en de aanpak (mediagebruik, klasinrichting, differentiatie, …) bij te kunnen sturen indien nodig,
- leerbedreigde kinderen te detecteren en te signaleren.
Wie evalueert?
De klasonderwijzer(es) staat in voor de eigen klasgroep. Ambulante leerkrachten en turnleerkrachten kunnen de klasonderwijzer(es) aanvullende informatie bezorgen.
Gedurende de lagere schoolloopbaan zal de klasonderwijzer(es) de leerlingen steeds meer aanzetten tot zelfevaluatie, zodat kinderen een zelfkritische kijk ontwikkelen.
De toetsen die kaderen in het leerlingvolgsysteem verstrekken bijkomende informatie over het peil van de leerling.
Via multidisciplinair overleg wordt de evolutie van alle leerlingen opgevolgd.
Volgens welke procedure verloopt de evaluatie?
- Permanente evaluatie in de klas door toetsen.
- Foutenanalyses
- Inventaris: per leerling en voor de gehele klasgroep.
- Oorzaken opsporen.
- Remediëringsplan opstellen.
- Leerlingvolgsysteem (hoofdzakelijk in de lagere klassen).
- Bijhouden van een individueel leerlingendossier.
- Gesprekken met de leerlingen over leerstrategieën (zie bundel ‘Leidraad bij het zelfstandig leren studeren.’)
- Gesprekken met ouders.
Informatie voor de ouders (het rapport)
De rapportering naar de ouders verloopt via twee sporen: nl. een attitude- en een puntenrapport.
Frequentie van de rapporten:
- 1ste graad:
- Puntenrapporten: voor de herfstvakantie, voor de kerstvakantie, voor de krokusvakantie, voor de paasvakantie, einde schooljaar.
- tweewekelijks attituderapport.
- vanaf de 2de graad:
- Puntenrapporten: voor de herfstvakantie, voor de kerstvakantie, voor de krokusvakantie, voor de paasvakantie, einde schooljaar.
- maandelijks attituderapport.